Nieuwsbrief Voorjaar 2024

22 maart 2024 - Paramaribo, Suriname

 Er gebeurt hier genoeg maar de tijd die nodig is om mijn blog bij te werken is deze keer gaan zitten in de Nieuwsbrief voor donateurs. Ook wel de moeite waard, dus lees maar.....

Tijdens ons jaarlijkse winter verblijf in Suriname bezoeken we de drie kinderhuizen en de woonvoorziening voor meervoudig gehandicapten die dankzij donateurs van het Child Welfare Fund ondersteund worden. In deze Nieuwsbrief doe ik beknopt verslag van onze bezoeken, zodat u op de hoogte  blijft van het resultaat van uw goede gaven.

1.     Stichting Mijnzorg, kinderhuis voor hiv geïnfecteerde en geaffecteerde kinderen in Paramaribo

2.     Nos Kasita, kinderhuis in Paramaribo

3.     Kinderhuis Olga Clarck van stichting Open Poort in Nieuw Nickerie.

4.     De woonvoorziening voor meervoudig gehandicapten van de Mr. Huberstichting in Tamanredjo

1.     Stichting Mijnzorg, kinderhuis voor HIV geïnfecteerde en -geaffecteerde kinderen in Paramaribo

Voor de vierde keer bezoeken wij het kinderhuis Mijnzorg aan de Wilhelminaburgweg in Paramaribo en gaan we in gesprek met mevrouw van Dams, voorzitter van het bestuur van Stichting Mijnzorg en mevrouw Schenkers-Müller, bestuurslid.

Het kinderhuis van deze stichting is het enige overgebleven kindertehuis dat in Suriname nog zorg biedt aan een heel speciale categorie ‘zorgkinderen’. Het kinderhuis Mijnzorg vangt HIV geïnfecteerde en HIV geaffecteerde kinderen op. In dat laatste geval zijn het wezen of halfwezen van een aan aids overleden ouder, vaak drugsverslaafde moeders. Momenteel wonen er nog 16 kinderen in Mijnzorg waarvan de jongste 6 is en de oudste 17 jaar. De meeste kinderen die in Mijnzorg worden opgevangen, kwamen hier als baby of anders zeer jonge leeftijd.

We beginnen met het goede nieuws. Met alle kinderen die nu nog wonen in het kinderhuis gaat het medisch gezien goed. HIV is niet meer detecteerbaar in hun bloed. En dat is zeker niet in de laatste plaats te danken aan de zorgvuldige aandacht waarmee de beide dames zich blijven inzetten voor deze kinderen die levenslang dagelijks hun medicijnen trouw moeten innemen.  Denk maar niet dat de benodigde medicijnen altijd zomaar verkrijgbaar zijn, maar momenteel gaat dat goed. De kosten worden in ieder geval deels gedekt door de ziektekostenverzekering, afgezien van de medicijnen voor één kind die deze nodig heeft i.v.m. epilepsie. Het blijft echter een onvermijdelijk terugkerende kostenpost.

Vanaf vorig jaar is er een opnamestop. Dat wil zeggen dat Mijnzorg geen nieuwe kinderen meer opneemt. Dit heeft alles te maken met de inmiddels gevorderde leeftijd van de dames en het gegeven dat er tot op heden geen opvolging gevonden kan worden. En dit heeft weer alles te maken met de gebrekkige financiering waardoor de exploitatie niet rond te krijgen is. Professionele verpleegkundigen of anders opgeleide  kinderverzorgenden  zouden wel willen komen werken maar dan moet er minimaal 600 SRD voor één dienst op tafel gelegd worden.  Let wel, dat is omgerekend ca € 15. Daar kun je ook in Suriname al bijna niet van leven en dit hebben professionals echt nodig en dat kan de stichting Mijnzorg niet betalen.

Het is een schrijnend gegeven dat sinds de covid epidemie het aantal besmettingen met HIV en aids patiënten weer toeneemt in Suriname en dus ook het aantal verzoeken om een kind te kunnen plaatsen in Mijnzorg. Mevrouw Schenkers vertelt: “Gisteren belde het ziekenhuis nog. Of we alsjeblieft een baby van één dag oud  kunnen opnemen. Zij zouden wel voor de melk zorgen…. we hebben het niet gedaan.” Tja, hoe vaak het hart van deze dames intussen gebroken is omdat ze echt, écht geen nieuwe kinderen meer kunnen helpen.

Mijnzorg, onze zorg….het is voor hen een grote kopzorg geworden. En dat was ruim 10 jaar geleden toch nog anders. Van 2010 tot 2013 had Suriname het Nationaal Aids Programma. Dat was een programma dat vanuit de USA werd gefinancierd. Vanuit dat programma werden ook de verpleegkundigen bekostigd die in Mijnzorg werkten. Want je moet hier toch echt over de nodige kennis beschikken om zorgvuldig met de diverse medicijnen om te gaan die de verschillende kinderen nodig hebben. Daar mogen geen fouten mee gemaakt worden. Helaas is dat programma gestopt. Ook andere initiatieven die er waren, o.a. om adoptie binnen Suriname mogelijk te maken, liggen op hun gat. Mede door de bedroevend slechte economische situatie waardoor de middenklasse in Suriname in rap tempo aan het verarmen is.

Is er dan alleen maar slecht nieuws te melden waar de dames onder gebukt gaan? Nou nee, gelukkig niet. Behalve dat het met alle kinderen medisch goed gaat, doen ze het ook prima op school én in de vrije tijd. Bij dat laatste speelt de padvinderij een grote rol.

We konden de dames met een brede glimlach achterlaten want dankzij een donatie die we eerlijk hebben verdeeld, kunnen ook zij met Pasen wat extra’s doen voor de kinderen òf emmers margarine kopen, want ook die was op…..

2.   Nos Kasita, kinderhuis in Paramaribo

Nos Kasita ligt helemaal aan de andere kant van Paramaribo van waar wij verblijven. De vrij jonge wijk heet ‘Hannah’s Lust’. Altijd leuk om die naam te lezen omdat onze jongste kleindochter ook deze fraaie naam draagt. We spraken met mevrouw Charlotte Dakriet, beter bekend als ‘Tante Lotti’. Vorig jaar was ik absoluut geschokt toen ik hoorde dat het aantal kinderen in een jaar tijd van 80 gestegen was naar 104. De reden werd toen kort en bondig door tante Lotti aan ons mede gedeeld: grenzeloze armoede en ouders die er geen gat meer in zien. Het aantal kinderen blijkt drastisch teruggebracht en nu wonen er nog 78 in Nos Kasita. Tante Lotti legde uit dat dit niet betekent dat ze helemaal geen bemoeienis meer heeft met de weer teruggeplaatste kinderen. Maar families die enigszins kunnen, moeten de kinderen zelf opvangen. Men doet  dan overigens nog regelmatig een beroep op tante Lotti voor steun en advies waar ze ook altijd gehoor aan geeft. Dat ze nazorg biedt, bleek ook  tijdens ons gesprek. Ze werd gebeld door een 22 jarige ex-pupil met een lichte verstandelijke beperking. Hij is al langer uit huis maar als er iets geregeld moet worden, bijvoorbeeld met Sociale Zaken, dan kan hij dat niet alleen en gaat tante Lotti wel met hem mee.

De kinderen die nu bij tante Lotti nieuw worden opgenomen zijn in alle gevallen in acute nood. De kinderen worden bijvoorbeeld  bij haar gebracht door de politie als ouders suïcidaal zijn en hun kinderen mee willen nemen in de dood. Ook het Ministerie van Sociale Zaken plaatst kinderen in Nos Kasita. Je kunt dus wel stellen dat de meeste kinderen al fikse trauma’s hebben opgelopen als ze in Nos Kasita komen. Het is een wonder dat dit niet tot veel escalaties leidt en dat is ongetwijfeld te danken aan de jaren lange pedagogische ervaring die tante Lotti heeft. Ze staat er overigens niet helemaal alleen voor. Er zijn ca 10 leidsters in dienst die vooral intern worden opgeleid door haar zelf en met hulp van een maatschappelijk werker en een psycholoog. Die psycholoog kan ook ingeschakeld worden als een kind intensieve hulp nodig heeft. Maar ja, daarvoor moet een honorarium op tafel gelegd worden. Dat moet ze eerst zelf betalen en dan moet ze het terug zien te krijgen van Sociale Zaken. Tante Lotti blijft er stoïcijns onder. Zo gaat dat nu eenmaal in Suriname.

Ook tante Lotti is niet meer de allerjongste dus ik vroeg of ze ook al nadenkt over haar pensioen en opvolging. Dat blijkt voor haar geen probleem. Haar dochters zijn al net zo betrokken als zij zelf en bovendien komen ex-pupillen ook helpen. Zo wordt er elke dag door één van hen voor al de kinderen gekookt.

We praten nog even over het ‘spreienproject’ (elk kind een eigen plekje door een unieke sprei op bed) dat hier een verrassende toepassing heeft gekregen. Voor het raam in de meisjeskamer hangt een gordijn waardoor de meisjes meer privacy hebben….een sprei! En ook is de slaapzaal verder gezellig aangekleed met spreien die in de hoeken van de kamer zijn opgehangen. Een beetje verlegen lacht tante Lotti: “Dat heb ik gedaan. Zo’n kamer moet gezellig zijn toch?” En ik kan het alleen maar beamen: gezellig is het!

De telefoon ging weer. Tante Lotti zou eieren hebben opgehaald, toch? Ze slaat zich voor het hoofd: helemaal vergeten! “Ik kom, ik kom”.

3. Kinderhuis Olga Clarck van stichting Open Poort in Nieuw Nickerie

Het kinderhuis Olga Clarck kennen we inmiddels wat beter. We komen ook hier al voor de zesde keer en altijd langer dan één dag of één bezoekje. Nieuw-Nickerie ligt helemaal aan de westgrens met Guyana en je bent echt wel een uur of vier onderweg om er te komen. We hebben een aantal keren gebruik mogen maken van het gastenverblijf in het huis. Dan maak je het dagelijkse leven mee van de vroege ochtend als je hoort dat een paar kinderen hun voorschoolse taak uitvoeren: het aanharken van het erf, tot de avond als het bedtijd is. Als gast wordt je overigens ook ingeschakeld. Mijn taak was dan om     ‘s morgens broodjes te helpen smeren en uitdelen.

Wij beschouwen Nieuw-Nickerie eigenlijk een beetje als onze ‘vakantie plek’ in Suriname en we huren er sinds vorig jaar een week een huisje van waaruit we het kinderhuis bezoeken. In dit kindertehuis zijn Gilliano en Rachel Eli de ‘pleegouders’ van veertig kinderen. Zij worden ondersteund door een zus van Rachel, Elisabeth die ook in het huis woont. En verder is hun oudste dochter indien nodig betrokken bij het reilen en zeilen van het dagelijkse tehuis leven, evenals diverse ex-pupillen die hand en spandiensten verrichten.

Gilliano is een pedagoog in hart en nieren en dat zie je zodra hij in het vizier komt van de kinderen. De één doet zijn beklag over een plagend kind, de ander moet getroost want heeft zich pijn gedaan,  de derde wil een aai over de bol…. Er zijn duidelijke regels in dit huis en er is vooral heel veel liefde voor de kinderen.

Vol trots liet Gilliano de opgeknapte douche ruimten zien van de meisjes vleugel. Nieuw betegeld, nieuwe douches, fris geverfd. Allemaal zelf gedaan met hulp van de oudere jongens die op deze manier hun handen leren gebruiken. Als contrast ook maar de kant van de jongens bekeken wat het volgende project is. Niet overbodig mag ik wel zeggen. Eerlijk gezegd schrokken we van de slechte staat van deze sanitaire ruimte waar het beslist niet fris rook. Maar het komt goed!

De kinderen kennen ons inmiddels ook en twee middagen heb ik heerlijk met een groepje geknutseld. De grotere meisjes hielpen mij met de kleintjes. Ze maakten crêpe papieren bloemen en pompons van wol. Voor de hele kleintjes had ik  ‘tover kras blaadjes’ en een prikblok meegenomen. Ook de iets grotere jongens waren fanatiek aan het krassen en toverden de mooiste kleuren tevoorschijn. Ik had  spijt dat ik daar niet veel meer van had meegenomen. Daar moet volgend jaar meer van mee in de koffer!

Met Rachel konden we dankzij een donatie een flinke hoeveelheid boodschappen doen. Wel drie keer hebben we bij de kassa afgerekend, want waren we niet al aan het bedrag? Kon er nog wat bij? Bezems, harken, waspoeder, margarine, potten pindakaas, jam….” nee geen kaas want dat is zo duur en dan hebben ze maar een paar keer wat op brood”. Het doet pijn om te horen dat wat voor  ons zo het vanzelfsprekende gezonde broodbeleg is, niet gekozen kan worden…..gelukkig worden  er generaties kinderen groot met  pindakaas op hun brood!

4.   De woonvoorziening voor meervoudig gehandicapten van de Mr. Huberstichting in Tamanredjo

Vanaf 2018 kennen we de bewoners van de woonvoorziening in Tamanredjo. Feitelijk ligt de kern van onze activiteiten hier bij deze groep die we twee maal per week bezoeken. De eerste jaren in een verouderd en volkomen ongeschikte woning gezien de aard van de beperkingen van de bewoners. Vorig jaar mochten we helpen bij de  verhuizing van de groep naar de nieuw gebouwde woonvoorziening. Dat was vlak voor onze teugkeer naar Nederland. Dit jaar konden we dus echt ervaren wat voor geweldige verbetering dit huis betekent, zowel voor de bewoners als voor de verzorgenden.

De bewoners hebben zeer verschillende beperkingen. Het voert te ver om ze hier aan u voor te stellen. Maar wees er zeker van dat ze stuk voor stuk ingewikkelde beperkingen hebben en 100% zorg afhankelijk zijn. En ook hier speelt weer het probleem van de exploitatie. Het zou in Nederland ondenkbaar zijn maar op deze groep van 8 ernstig beperkte volwassen bewoners staat van vrijdagmiddag tot maandagmiddag één enkele verzorgende! Ook door de weeks is er een 48-uursdienst maar dan zijn er overdag tenminste ook nog een kokkin en enkele administratieve krachten aanwezig in het gebouw die een handje kunnen helpen indien nodig. Alhoewel daar ook niet zomaar op gerekend kan worden want men houdt zich hier graag strikt aan het eigen takenpakket!

Hoe dan ook, in de tijd dat wij hier zijn, hopen we in ieder geval op zondag als de verzorgende het helemaal in haar eentje moet rooien, enige steun te kunnen bieden. Elke zondag kook ik eten voor de groep en rijden we ‘s morgens op tijd naar Tamanredjo. Ed maakt met een aantal bewoners een paar ritjes met de bakfiets. Zo komen ze het terrein af en zien ze weer eens wat anders. Hij rijdt langs buurt bewoners, maakt een praatje en een grapje. Ze vinden het heerlijk en willen maar al te graag instappen!

Ondertussen ben ik aan het knutselen met de achterblijvers die dat kunnen of maak een wandeling met een rolstoeler en één van de mobiele klantjes. Om 12.30 uur wordt het tijd om de maaltijden op te gaan scheppen. Meestal heeft één van hen laten weten wat ze wel graag willen eten en gezien het feit dat er geen kruimel achterblijft op de borden, wordt mijn kookkunst gewaardeerd.

Op woensdag rijden we weer naar Tamanredjo maar dan met het rolstoelbusje en twee Belgische stagiaires die op hoofdvestiging werken. Dan mogen we gebruik maken van het zwembad Krama’s Place. Het is niet in woorden uit te drukken wat dit voor feest is, vooral ook voor de rolstoelers! Stel je voor: altijd zit je gevangen in je lijf vol beperkingen en daar lig je in het water, veilig  in een zwemband en het water ‘draagt’ je. Je kunt zomaar je benen enigszins bewegen of zelfs, onder begeleiding op je buik liggen! Ondertussen hebben we de grootste pret: gewoon door elkaar nat te spatten, met een spons of met de bal naar elkaar te gooien. Maar ook door ze  helemaal ontspannen te laten ronddraaien. Voor ons is het overigens wel een hele klus. Er moet uitgekleed worden, gedoucht, de bewoners moeten veilig zijn in het water, na afloop weer douchen, afdrogen en aankleden. Dat kunnen we niet zonder hulp. Tot nu toe is die er gelukkig wel. De Belgische stagiaires zijn goud waard! Het is te hopen dat dit zwemproject ook na ons vertrek nog door kan gaan.

Mevrouw Saliema Jahangir heeft me gevraagd of ik haar zou kunnen helpen met het opzetten van een financieel adoptie programma voor deze specifieke groep bewoners. Wilt u hierover meer informatie: laat het me weten.

Hiermee ben ik aan het einde gekomen van deze Nieuwsbrief. In mijn reisblog, margogo.reislogger.nl kunt u nog veel meer lezen over al onze ervaringen hier in dit Switi Sranan!

Foto’s

4 Reacties

  1. Lidy Niënhuis:
    23 maart 2024
    Zo ontzettend veel bewondering voor jullie 🙏😘😘
  2. Margo Molenaar:
    23 maart 2024
    Dank je Lidy, maar echt. Alles wat we doen hier geeft ons leven Kleur en Fleur dus die bewondering is echt niet nodig. Fijn dat jullie ons 'werk' hier supporten!
  3. Peter:
    24 maart 2024
    En toch neem ik mijn petje ook heel diep voor jullie af !! En weer hartstikke bedankt voor je verslag.
  4. Rian:
    28 maart 2024
    Onze complimenten lieve Ed en Margo. Wij nemen ons petje ook voor jullie af. Het is geweldig fijn wat jullie allemaal doen. Dikke zoen v ons.

Jouw reactie